Nieuws NETWERK VERPLEEGKUNDE
Terug

Nadere regels registratie zorgkundigen

KB 7 mei 2024 voor jou uitgelegd

Het KB van 12 januari 2006 over de registratie van zorgkundigen werd recent aangepast door het KB van 7 mei 2024 houdende wijziging van het koninklijk besluit van 12 januari 2006 tot vaststelling van de nadere regels om geregistreerd te worden als zorgkundige.  Het gaat om twee kleine aanpassingen die hieronder worden toegelicht. 

Registratieprocedure en documenten toegevoegd bij de aanvraag 
Artikel 2 van het KB van 2006 regelt de registratieprocedure. Wat de documenten betreft die bij de aanvraag moeten worden gevoegd, geeft dit artikel een aantal mogelijkheden. 
  • Een van de opties gaat over een kopie van een studiebewijs secundair onderwijs van de Vlaamse gemeenschap dat wordt uitgereikt op het einde van een opleiding die leidt tot het beroep van zorgkundige. 
  • Daarnaast worden ook nog volgende opties gegeven: een kopie van het kwalificatiebewijs van het onderwijs voor sociale promotie of een kopie van het studiebewijs van het volwassenenonderwijs die eveneens op het einde van een opleiding die leidt tot het beroep van zorgkundige worden uitgereikt. 

Dit bewijs  toont aan dat de opleiding minstens 400 contacturen theoretisch en praktisch onderwijs omvat en ten minste 300 contacturen klinisch onderwijs.  Het vormt ook een bevestiging van het feit dat de persoon voor de gehele opleiding is geslaagd met inbegrip van de specifieke zorgkundige competenties zoals deze worden bepaalde in het competentieprofiel van de zorgkundigen. 

Wijziging settings van klinisch onderwijs 
Het KB van 2006 stipuleert dat het klinisch onderwijs wordt uitgevoerd aan het bed van de patiënt en dat ten minste 200 uur worden uitgevoerd in minstens twee van drie gebieden. Het is aan deze settings van klinisch onderwijs dat door het KB van 2024 een wijziging werd doorgevoerd. 
  • Oorspronkelijk ging het hier om "ziekenhuizen", "woonzorgcentra" en de "thuiszorg". 
  • Het KB van 2024 vervangt de woorden ‘woonzorgcentra’ door ‘residentiële ouderenzorg’. 

Dit is een iets ruimere omschrijving. Onder de residentiële ouderenzorg vallen hoofdzakelijk woonzorgcentra,  maar er zijn nog andere zorgvoorzieningen die onder deze noemer vallen. Zo kennen we in Vlaanderen de serviceflats en assistentiewoningen, de  centra voor kortverblijf en de dagverzorgingscentra. 

Verlenging van een overgangsmaatregel
De tweede en laatste wijzing die door het KB wordt ingevoerd is de verlenging van een overgangsmaatregel die met het KB van 23 oktober 2023  werd ingevoerd. Deze bepaling is gericht op personen die beschikken over het getuigschrift van het zesde jaar secundair onderwijs voor de richting hulp aan personen (dit valt onder de personenzorg) en een getuigschrift uitgereikt op het einde van een opleiding van zorgkundige dat nu uiterlijk kan worden behaald in het school- of academiejaar 2026-2027 (in plaats van 2025-2026). Dit is een opleiding die één studiejaar omvat. 
______________________________________________

[1] BS 27/05/2024; 65313.

[1] Het gaat om kwalificatie- of studiebewijzen.

[1] Het KB geeft ook een omschrijving van het begrip ‘contacturen’. Het gaat hierbij om opleidingsuren die door een onderwijsinstelling worden gegeven en waarbij wordt voorzien in begeleiding van de leerling of student. 

[1] https://www.zorgkwaliteit.be/residentiele-ouderenzorg#:~:text=Wat%20verstaan%20we%20onder%20residenti%C3%ABle,niet%20meer%20thuis%20kunnen%20wonen.

[1] https://www.vlaanderen.be/thuiszorg-en-opvang-voor-ouderen en https://www.departementwvg.be/faq/themas-zorginspectie-kol2/residenti%C3%ABle-ouderenzorg.

[1] Art. 4 van het koninklijk besluit van 23 oktober 2023 houdende wijziging van het koninklijk besluit van 12 januari 2006 tot vaststelling van de nadere regels om geregistreerd te worden als zorgkundige, BS 30/10/2023; 100777.

[1] Artikel 3bis van het KB van 2006 situeert deze opleiding in het kader van voltijds onderwijs of het gelijkwaardig in het onderwijs voor sociale promotie.